De vorige keer had ik het met jullie over slim spelen (Slim spelen is een kunst) en vandaag borduren we daar nog even op door. Niet met nóg een bizar verhaal, maar zoals beloofd, met wat handige tips uit De Slim Spelen Tas.
Ik vertelde je al dat de één in aanleg een slimmere speler is dan de ander. Maar óók dat je slimmer worden op de baan gewoon kunt leren. Door veel wedstrijden te spelen en door over je wedstrijden te praten. Bijvoorbeeld met je trainer en tennismaatjes. En misschien dus door wat handige tips uit deze Tas. Vandaag drie tips die je kunt gaan uitproberen aan het begin van je wedstrijd.
Tossen
Bij de toss begin je al met slim zijn! Je probeert zo voordelig mogelijk te kiezen. Zo ga je de wedstrijd goed van start. Stel je wint de toss. Weet je dan welke keuzes je hebt? Je kunt kiezen tussen serveren, ontvangen, of de baanhelft. Je mag ook de eerste keuze aan je tegenstander overlaten. Veel spelers kiezen voor serveren, omdat ze hopen dat ze daardoor de eerste game winnen, maar je kunt ook je tegenstander als eerste laten serveren. Wie weet heb je dan meteen een servicebreak te pakken, want je tegenstander is waarschijnlijk nog niet helemaal warmgedraaid.
Als het weer op de dag van de wedstrijd een grote rol speelt, is het misschien slim om te kiezen voor een baanhelft. Denk hierbij na over de stand van de zon en de richting van de wind. Heeft je tegenstander bijvoorbeeld gekozen om als eerste te serveren? Dan kies jij vervolgens voor de baanhelft met de zon in je gezicht, want zo speel jij jouw eerste games met de zon in je rug. Wel zo prettig. Kies je voor de baanhelft waar de wind in je gezicht blaast? Dan sla je waarschijnlijk weinig ballen uit. De wind houdt de bal tegen. Wie weet is de eerste game dan ook voor jou.
Test je tegenstander
Het is prettig als je je tegenstander al kent, dan weet je hoe hij speelt en kun je van tevoren goed bedenken hoe je moet spelen om te winnen. Maar vaak is een tegenstander nieuw voor je en weet je nog niet hoe hij tennist. Je moet dat dan tijdens het spelen ontdekken. Het is slim als je daar snel mee begint. Weet je wat een goede gelegenheid is? Tijdens het inspelen. Dan kun je al wat informatie verzamelen. Ga als een detective te werk. Bekijk eens zijn slagen vanaf de baseline. Heeft hij een sterkere forehand of backhand? Hoe zijn zijn volleys? Laat hem een paar volleys slaan beoordeel het resultaat. Is je tegenstander snel? Probeer eens een korte bal en let op zijn reactie. Rent hij ook goed naar de hoeken van de baan?
Nu denk jij misschien: dat lukt me echt niet in die paar minuten inspeeltijd. En: wat als mijn tegenstander bijvoorbeeld helemaal niet naar het net wil komen? Dan kan ik niets toch niets testen? Klopt! Testen is niet zo eenvoudig als ik het hier beschrijf. Maar waar het om gaat is het idee. Al kom je maar iets aan de weet, dan begin je hoe dan ook slimmer aan je wedstrijd!
De eerste drie games
Bijna niemand speelt aan het begin van de wedstrijd al de sterren van de hemel. Jij vast ook niet. Dat is niet raar. Vaak moet je nog wennen aan het feit dat je een wedstrijd speelt. Of aan de ballen en de baan. Misschien voel je je ondanks de warming-up toch ook nog een beetje stijf of ben je wiebelig van de zenuwen. Gebruik daarom de eerste paar games om warm te draaien en om zeker van je slagen te worden. Probeer dus in je ritme te komen. Houd de bal in de eerste plaats in het spel en neem niet te veel risico. Het is nog veel te vroeg voor showballen. Probeer de ballen wel te plaatsen. Als je dit doet, dan zal je zien dat je zo in de wedstrijd groeit. En je voorkomt dat je met veel fouten begint.
Alle tips gelezen? Mooi! Ga ze dan nu lekker uitproberen. Heel veel succes!
Sophie
PS. De volgende keer geef ik je slimme tips voor tijdens je wedstrijd!
Deze blog is een bewerking van hoofdstuk 2 uit het jeugdtennisboek Zeker een Beker, de enige coach die in je tennistas past.
Sophie Asberg
