Jan Kooijman is acteur, presentator, jurylid, zanger en voormalig topdanser, maar bovenal een zelfbenoemde ‘tennisnerd’. ‘Mijn dag start met het openen van de apps op mijn telefoon met alle tennisuitslagen. Ik weet ook allemaal gekke feitjes, jaartallen en gebeurtenissen.’
De 42-jarige Kooijman weet nog precies wanneer hij voor het eerst door de sport werd gegrepen. ‘In 1994 speelde Martina Navratilova de Wimbledonfinale tegen Conchita Martinez. Thuis werd helemaal geen tennis gekeken, maar ik had toen net een eigen televisie op mijn slaapkamertje gekregen. Tijdens dat Grand Slamtoernooi heb ik de regels geleerd. Ik was meteen verliefd op het spelletje en stiekem ook een beetje op Navratilova, die helaas die finale verloor.’
Midden jaren ’90 was Pat Rafter de favoriet van Kooijman. De Australische servicevolleyspeler kreeg van de Rotterdammer veel support toen hij hem voor het eerst live zag spelen in Ahoy tegen Peter Wessels. ‘Ik had zelfs de outfit van Rafter waar hij de US Open in won. Ik heb spijt dat ik dat shirt met die kenmerkende gekleurde strepen ooit heb weggedaan.’
Tennis heeft naar eigen zeggen een rode draad gespeeld in het leven van de acteur, die nu de hoofdrol speelt in de musical Pretty Woman. ‘Roger Federer en Serena Williams, die zijn nu gestopt, maar ik heb hen ook zien beginnen aan hun loopbaan. In de metro naar school zat ik met een tennismagazine op schoot te lezen. Mijn kamer hing vol met posters van tennissers. Terwijl ik zelf danste, hingen er geen posters van dansers boven mijn bed, haha.’
Rafael Nadal is nog steeds zijn favoriete speler. ‘Als ik aan tennis denk dan denk ik aan Rafael Nadal. Ik ben verliefd geworden op zijn speelstijl en hoe hij zich als speler en mens gedraagt. Hij is altijd respectvol naar anderen. Hij opereert vanuit een bepaalde beleefdheid, vriendelijkheid en bescheidenheid dat vind ik inspirerend. Ik heb ook nog steeds een gesigneerde poster van hem in mijn huis hangen.’
Via Kim Clijsters kon Kooijman zijn Spaanse held een paar keer ontmoeten. De eerste keer was op Roland Garros en toen ging het belangrijke fotomoment nog bijna de mist in. ‘In het spelersrestaurant nam Kim mijn vrouw en mij mee naar hem toe. Zij vroeg toen aan Nadal of haar vrienden met hem op de foto mochten. Dat vond hij geen probleem en hij liep vervolgens naar mijn vrouw toe, maar toen moesten we hem heel snel duidelijk maken dat niet zij, maar ik met hem op de foto wilde. Nadal moest enorm lachen om het misverstand en voegde eraan toe dat hij toch echt liever met haar een selfie maakte. Dat was hilarisch.’
Als jonge tiener was Kooijman al gek van de sport, maar het duurde een tijd voordat hij zelf de baan op ging om een balletje te slaan. In zijn jeugd behoorde hij namelijk tot de top van de danswereld. Hierdoor was er geen ruimte om er een sport naast te doen. ‘Dansen was voor mij destijds topsport. Ik trainde drie uur per dag, waardoor er naast school geen tijd overbleef voor iets anders. Toen ik geslaagd was voor mijn havodiploma kreeg ik tien tennislessen van mijn ouders cadeau. Dat was superleuk en toen ben ik nooit meer gestopt met recreatief spelen. Mijn eerste ballen sloeg ik bij LTC Phoenix in Rotterdam. Helaas bestaat die club niet meer. Het is nu een verlaten braakliggend terrein met een enkele lichtmast wat een treurig beeld oplevert, maar dat is ook wel weer mooi nostalgisch.’
De eigen tenniscarrière van Kooijman bracht hem naar niveau 6 op zijn ledenpas. ‘Wel een hele slechte 6 hoor, haha!’ Tegenwoordig is hij wekelijks met vrienden ergens op een baan te vinden. Toernooien en competitie laat hij door zijn werkzaamheden voor televisie, film en theater even voor wat het is. ‘Ik tennis omdat ik het spelletje gewoon heel leuk vind. Met een paar vrienden een potje vrijspelen en na afloop wat drinken. Heerlijk.’
De aantrekkingskracht van de sport kan Kooijman duidelijk onder woorden brengen. ‘Het individualistische van tennis vind ik mooi. Twee gladiatoren die het tegen elkaar opnemen. Je moet zelf de oplossingen zoeken, dat vind ik ook zo leuk als ik speel. Je moet alles zelf bedenken en uitvoeren. Ook de topspelers met een groot team achter zich moeten het uiteindelijk zelf doen als ze in die arena staan. Het spannende is ook dat je nooit veilig bent. Al is je voorsprong nog zo groot, je kunt altijd verliezen.’
Op de vraag of hij het TeamNL Davis Cupteam niet een keer dansles zou willen geven moet Kooijman hard lachen. ‘Dat zou ik enorm grappig vinden. Ik ken die jongens goed en ik kan niet wachten om Tallon of Botic te zien dansen. Ik ben klassiek, technisch en modern getraind dus dan zou ik de jongens aan de balletbar in de danszaal zetten. Dat zou ontzettend grappig zijn, maar ik denk niet dat zij er op dit moment nog iets aan zullen hebben op de tennisbaan. Jongere tennissers zouden denk ik wel profijt kunnen hebben bij danstraining als het gaat om houding en voetenwerk. Misschien moet ik maar eens een balletje opgooien, haha…’