2023 gaat de geschiedenisboeken in als het jaar van Tallon Griekspoor. Vanaf de eerste week van het seizoen beleeft de 27-jarige Haarlemmer primeur na primeur. Lees hier een ingekorte versie van het grote exclusieve interview in TENNiS Magazine over het winnen van twee ATP-titels en de indrukwekkende opmars naar de top25.
Gefeliciteerd met het behalen van de top25! Hoe beleef je deze mijlpaal?
‘Als iets moois! Zo streep je doelen af tijdens je carrière. De top100 is iets waar je als kind van droomt en als jongetje voor werkt. Dan ga je ineens vrij snel naar de top50 en durf je groter te dromen. Voor mij was de volgende stap de top32 halen om plaatsing af te dwingen op de Grand Slams. Dat tik je allemaal af en dan ga je de top25 in. Het is een mooie ranking, zeker als je kijkt naar waar ik zes maanden geleden stond, net aan in de top100. Nu ben ik twee ATP-titels en een finale van een ATP 500-toernooi verder, voel ik me goed en zit er nog rek in. Het leven lacht me toe op dit moment.’
In hoeverre komt het tourleven op het allerhoogste niveau overeen met het droombeeld dat je had als kind?
‘Het gaat me iets makkelijker af dan ik had gedacht. Ik ben niet heel snel onder de indruk. Soms te weinig misschien. Ik heb al vrij vroeg in Rotterdam op het centre court mogen staan. Toen was ik zeker wel onder de indruk en was mijn tennisniveau nog helemaal niet goed genoeg. Dat heeft zeker geholpen. Davis Cup helpt ook enorm als het gaat om spelen voor veel publiek. Ik heb altijd genoten van de uitdaging van betere spelers. Het is nu makkelijk praten, maar ik heb er altijd wel vertrouwen in gehad dat ik de top100 zou halen. Maar het zou een leugen zijn om te zeggen dat ik het voor me zag, dat ik zo snel de top25 zou bereiken. Het begint langzaam te wennen, maar het blijft bijzonder.’
Heb je nooit getwijfeld aan je huidige succes?
‘Nee, omdat 2021 zo goed was op de Challengers. Ik heb altijd gedacht dat als ik dat niveau kon meenemen naar de ATP Tour, ik daar ook succesvol kon zijn. Maar ja, als je in een negatieve periode zit, waarin je niets wint en het allemaal de verkeerde kant op valt, dan ga je je wel op een gegeven moment afvragen wanneer dat goede tennis dan gaat komen. Wanneer ga ik week in week uit wedstrijden winnen? Maar je ziet het overal om je heen. Iedereen heeft mindere en betere periodes. Die mindere periodes horen er helaas bij, maar zijn achteraf gezien heel leerzaam. Het maakt het succes uiteindelijk nog mooier. Ik kan er dit jaar meer van genieten, wetende hoe ik eind vorig jaar ben blijven doorwerken en het juiste heb gedaan om het dit jaar wel te laten vallen.’
Het lijkt erop dat je het steeds normaler bent gaan vinden om wekelijks wedstrijden te winnen. Zie je dat als een belangrijke mentale ontwikkeling?
‘Zeker weten. Rosmalen is een goed voorbeeld. Na de finale ben ik meteen doorgegaan naar het toernooi van Halle. Daar heb ik drie hele goede wedstrijden afgeleverd en werd ik uiteindelijk in de kwartfinale met 6-4 in de derde set verslagen door Rublev. Natuurlijk ga je na zo’n succes liever met je vrienden en familie de stad in en sta je twee dagen op de bar, maar je moet keuzes maken. Ik denk dat het voor mij een hele goede stap was om na een goede week meteen de goede lijn door te trekken. Ik ben voorstander van doorspelen wanneer het goed gaat. Heel veel spelers doen het andersom en trekken zich na een succesweek terug voor het volgende toernooi. Dat zijn mijns inziens juist de momenten om punten te pakken en te stijgen. Het klinkt heel raar, maar het is inderdaad normaler geworden om wedstrijden te winnen en zelfs een toernooi te winnen. Aan de andere kant is het ook een valkuil, want je staat heel weinig stil bij mooie momenten. Voor mijn carrière was doorgaan naar Halle een betere keuze dan een feestje vieren in Rosmalen.’
Benieuwd naar het volledige interview met Griekspoor? Klik dan hier voor meer info over TENNiS Magazine.
