Van 28 augustus t/m 8 september worden de Paralympische Spelen in Parijs gehouden. TeamNL bestaat uit een tiental tennissers. Met Niels Vink, die een gouden en een bronzen medaille al in de prijzenkast heeft, kijken we vooruit op het evenement.
Wat is het eerste waar je aan denkt bij de Paralympische Spelen?
‘Bijzonder. Omdat het maar één keer in de vier jaar wordt gehouden. Als kleine jongen ging ik in 2012 naar de Paralympische Spelen in Londen. Vanaf dat moment wist ik dat ik een keer mee wilde doen. Ik sportte echter op dat moment nog helemaal niet. Maar het is gelukt. In Tokio maakte ik drie jaar geleden mijn debuut.’
Welke sport symboliseert voor jou de Paralympische Spelen?
‘Eigenlijk alle sporten. Het is een feest van alle sporten. In Londen ging ik via een vriend bijvoorbeeld kijken naar het bankdrukken. Daarna zijn we nog naar het zwemmen gegaan. De sfeer tijdens het evenement en het teamgevoel is bijzonder. Als ik in het Paralympisch dorp ben en ik zie allemaal sporters in het oranje dan denk ik: “Die horen allemaal bij mij”.’
Wie is in jouw ogen de beste/grootste Paralympiër?
‘Gordon Reid en Dylan Alcott zijn grote spelers in onze sport. Tegen hen keek ik wel op. Alcott heb ik nooit kunnen verslaan. In Tokio stond ik in de derde set tegen hem voor, maar lukte het niet om te winnen. Dat was pijnlijk.’
Als je mee mocht doen aan een andere Paralympische sport. Welke discipline zou dat zijn?
‘Dan ga ik voor volleybal, want dat speelde ik voordat ik ging tennissen. Nadat ik in Londen bij de Spelen was geweest heb ik een keer meegedaan met basketbal. Dat was één keer, maar nooit meer. Ik vond dat veel te heftig om telkens omver te worden gebeukt. Toen ben ik gaan zitvolleyballen. Dat vond ik wel heel leuk, maar ik ben te klein. Ik kon niet lekker smashen en blokken aan het net. Ik ga wel nog steeds vaak kijken bij het volleybal.’
Terug naar tennis, wat verwacht je van je deelname in Parijs?
‘Ja, ik verwacht natuurlijk om te gaan winnen. In het dubbelspel is alles minder dan goud niet goed genoeg. In de single zien we wel hoe het gaat. De vorm van de dag is bepalend. In Tokio won ik in het enkelspel een bronzen medaille, dat was toen heel mooi, maar daar zou ik nu niet voor tekenen. Ik ga naar Parijs om te winnen, maar ik ben niet de enige die zo denkt. Iedereen gaat voor goud.’
Een gouden medaille of een Grand Slamtitel?
‘Zonder twijfel een gouden medaille. Waarom? Omdat ik die nog niet heb, haha! Als kleine jongen ben ik door de Paralympische Spelen geïnspireerd om te gaan tennissen. Op de wii-computer speelde ik ook altijd tennis op de Olympische Spelen. Maar Rafael Nadal is mijn grote voorbeeld en naar hem keek ik altijd op de Grand Slams.’
Hoe ziet je voorbereiding er uit?
‘Ik ben fit en mijn voorbereiding gaat goed. Ik ben twee weken in Barcelona geweest om te trainen en ik ben nu bezig aan mijn tweede trainingsweek op het NTC. We gaan met de bus naar Parijs en hopelijk maken we daar een feestje van. Microfoon en box mee in de bus en ik ga wel zingen, haha! Ik kijk ook uit naar de openingsceremonie. In Tokio ging dat destijds door corona niet door, maar het lijkt mij echt gaaf om mee te maken. Wat mij betreft kunnen de Spelen zo snel mogelijk beginnen.’